Vrijdag 16 februari stond de wedstrijd HSG1 – HSG1 op het programma, Hoevelaken tegen Hilversum.
Hilversum is de koploper en kon twee punten los van de concurrentie komen te staan.
Hoevelaken staat in de middenmoot en kan zich met 1 of 2 matchpunten veilig spelen.
De wedstrijd begon niet goed voor Hoevelaken. Daan stond snel een paar pionnen achter en kon het tij niet meer keren, waardoor het team snel achter kwam te staan.
Wessel wist met wit gelijk uit de opening een stuk voordeel te behalen doormiddel een vork met de dame. Zwart probeerde tevergeefs de dame vast te zetten, wat zwart nog een extra pion kosten en wit een vrijpion gaf. In het middenspel probeert zwart een aanval te doen op de koningszijde, maar het lukte wit om de lopers en paarden van het bord af te ruilen, waarna de vrijpion een vrije doortocht heeft en in ruil voor een toren promoveert naar een dame voor wit en zwart opgaf.
Matteo speelde zoals gewoonlijk de queen’s gambit, omdat hij blij wou worden. Zijn tegenstander wou de slav defense spelen. Matteo wist een mooie positie te vergooien door gretig te zijn en een pion te winnen, waarna zijn tegenstander de overhand kreeg. Zijn tegenstander dacht materiaal af te kunnen ruilen, maar miste dat het hem een toren zou kosten en gaf direct op.
Martin had aan bord 1 een zware partij. Zijn tegenstander speelde goed en wist hem steeds onder druk te houden. Een doorgebroken pion die materiaal zou gaan winnen, beëindigde de partij.
Mick had een gelijkwaardige stelling, maar wist met zijn lopers toch wat druk op de paarden van zijn tegenstandster te houden. In het middenspel kreeg Mick ineens een kans om een pion te winnen en dat pakte hij met beide handen aan. Die voorsprong uitspelen, was nog even spannend, maar Mick wist de partij om te zetten in een overwinning.
Met 3-2 op de borden, leek er een verrassing in de lucht te zitten.
Al snel werd het 3-3; Johan had aan het begin van de partij zijn koningsstelling moeten verzwakken en de aanval die zijn tegenstander daarna daarop opbouwde kostte een pion. Overal op het bord stonden geïsoleerde pionnen en de pion achterstand was een geïsoleerde dubbelpion. Een kwestie van tegenhouden dus. Dat lukte uiteindelijk niet, waardoor Johan verloor.
Niels had een gebalanceerde partij, waarbij hij een licht voordeel dacht te hebben. Hij sloeg daarom een remise af, ook omdat het toen nog helemaal niet duidelijk of we op de andere borden voldoende punten zouden scoren. Langzaam maar zeker verschoof het voordeel van Niels naar zijn tegenstander, die in het eindspel het knap afmaakte en er toch met een punt vandoor ging.
Dat bracht de druk op de schouders van Dirk, die (achteraf gezien) de sterkste tegenstander had getroffen. Tijdens de opening moest Dirk keuzes maken en hij koos te transponeren naar de Steiner variatie van het Frans. Een open stelling waar alles mogelijk is. In het middenspel kreeg Dirk het loperpaar en probeerde hij zijn stukken voor een aanval te positioneren. In plaats van het gevaar van het loperpaar af te ruilen en voor tenminste remise te gaan, koos zijn tegenstander ervoor om alle stukken op het bord te laten. Dirk zette met zijn dame, paard en loper een aanval op die zijn tegenstander niet goed verdedigde en dat een kwaliteit opleverde. Daarna bleef het lastig, omdat er nog steeds marge voor remise was. Dirk ruilde stukken af en kon de partij definitief beslissen met een aanval op een paard gecombineerd met een matdreiging.
De eindstand was 4-4, een knap resultaat tegen een op papier 50 punten sterkere tegenstander.